Roelie Gaasbeek

Docent Modematerialen, Laboratoriumlessen (sem 1), Mode-Adviseur (sem 1), Modematerialen-stoffenmap (sem 2) en tutor

Welk vak(ken) geef je op TMO?

“Ik geef de lessen Modematerialen laboratoriumlessen en Mode-Adviseur in semester 1, Modematerialen-stoffenmap in semester 2 en ik ben tutor.”

Beschrijf jouw vak(ken) in één zin.

“Modematerialen is stoffen goed leren kennen, zodat ze geen geheimen meer voor je hebben en je de verbinding aangaat met stoffen.”

Waarom zijn jouw vak(ken) belangrijk als je een commerciële managementfunctie in de modebranche wil hebben?

Als je de modebranche wil betreden dan heb je warenkennis nodig en dat leer je bij de lessen Modematerialen. Als echte modeprofessional moet je weten waar je het over hebt en daar is kennis voor nodig.”

Waarom de stap naar het beroepsonderwijs? Hoe ben je bij TMO beland?

“Mijn droom was handwerkjuf worden. Na de middelbare school werkte ik ruim 10 jaar als ontwerpster van tapijten en handwerken. In de avonduren heb ik Textiele Werkvormen gedaan om toch juf te kunnen worden en daarnaast heb ik mijn middenstandsdiploma’s gehaald om een winkel te kunnen beginnen. Uiteindelijk kwam ik bij Detex Opleidingen terecht. Hier heb ik het Textielbrevet (de voorloper van Mode-adviseur) en AOV (Algemene Ondernemers Vaardigheden) gehaald. Gelijk daarna ben ik als docent/trainer begonnen voor het Textielbrevet bij Detex. Nu ruim 30 jaar later ben ik nog steeds trainer bij Detex.

Ruim 14 jaar geleden ben ik begonnen als inkoper Modematerialen en labdocent Modematerialen op TMO, dit doe ik nu nog steeds met veel plezier. Later kwam er nog Detex Mode-adviseur, Modematerialen-stoffenmap en tutor bij.

Mijn ‘handwerkjuf’-droom vervul ik nu al jaren als vrijwilliger in een verzorgingshuis op de handwerkmiddag: Ik begeleid daar de bewoners met haken, breien, borduren, knopen en macraméwerkstukken maken. Alles waar ze blij van worden.”

Wat is er zo leuk aan TMO? Wat spreekt je zo aan in de opleiding?

“De opleiding is heel goed en daarnaast doeltreffend, maar bovenal vind ik de studenten heel aardig en toegewijd. Ze zijn zo gemotiveerd en ambitieus en dat vind ik heel leuk om te zien. Ze komen echt met een duidelijk doel naar TMO en dat maakt het heel fijn om kennis met hen te delen, want met deze kennis kunnen zij uiteindelijk hun doel bereiken.”

Wat hoop jij studenten bij te brengen?

“In de breedste zin van het woord is dat liefde voor textiel.”

Welke ontwikkelingen heb je meegemaakt sinds je begon als docent in jouw vak? Wat zijn de verschillen tussen toen en nu?

“Het verschil met vroeger en nu is toch wel dat er nu beduidend meer oog is voor duurzaamheid. Ook merk je dat er veel meer duurzame alternatieven worden bedacht, denk bijvoorbeeld aan leer gemaakt van ananas en stoffen van koffieprut.”

Wat is jouw tip voor meisjes of jongens die later in de modebranche willen werken?

“Houd de liefde voor textiel vast. Je dient namelijk van je product te houden om er goed mee te kunnen werken.“

 

 

 

Brochure
Open dag
Proefstuderen